Raad 12 mei 2015 - Kunstgras en Drommedaris
Raad 12 mei 2015 - Kunstgras en Drommedaris
Op de agenda van de raadsvergadering van 12 mei j.l. stonden een paar lastige onderwerpen die de gemoederen in de Enkhuizer politiek al vele jaren bezighouden: de aanleg van drie kunstgrasvelden op sportpark Immerhorn en de renovatie van de Drommedaris.
1) Kunstgrasvelden Immerhorn
Nadat de raad in november 2013 had besloten dat de sportvelden op de Immerhorn zouden blijven, konden plannen gemaakt worden voor het verbeteren van deze accommodatie. Dat was hard nodig: de capaciteit was onvoldoende en het intensieve gebruik van de velden kwam de kwaliteit niet ten goede.
In nauw overleg met de sportverenigingen (West Frisia, Dindua, DTS en WFHC) is een "Accomodatievisie Sportpark Immerhorn" opgesteld, die uiteindelijk geleid heeft tot het voorstel om drie kunstgrasvelden aan te leggen. In totaal is daarmee een investering gemoeid van iets meer dan 1 miljoen euro, waarvan de sportverenigingen bijna 1/3 (€ 300.000,-) voor hun rekening nemen en de gemeente de rest. Voor de gemeente komt dit neer op een kostenpost ("kapitaallasten") van € 50.000,- per jaar. De sportverenigingen hebben, na enig aarzelen, uiteindelijk unaniem ingestemd met dit plan.
Hoogstwaarschijnlijk kan nog deze zomer begonnen worden met de aanleg van de kunstgrasvelden en zullen ze aan het begin van het volgende speelseizoen beschikbaar zijn.
De SP is blij dat er in nauw overleg tussen gemeente en sportverenigingen zo'n mooi plan op tafel is gekomen en we hebben veel waardering voor het feit dat de sportverenigingen de moed opgebracht hebben hier een substantiële financiële bijdrage aan te willen leveren. Het is een goed voorbeeld van hoe er, met creatieve ideeën en goede wil van alle betrokkenen, mooie dingen tot stand gebracht kunnen worden.
Dat dat ook heel anders kan lopen blijkt wel uit de gang van zaken rond
2) De Drommedaris
De verbouwing van de Drommedaris is inmiddels afgerond, de aannemer en vele vrijwilligers hebben een prachtig gebouw afgeleverd, dat weer tientallen jaren meekan. Nog even doorbijten en ook dit hoofdpijndossier kan afgesloten worden.
In deze raadsvergadering stond de financiële verantwoording van de verbouwing en herinrichting op de agenda.
Niet het feit dat Enkhuizen, na jarenlang gesteggel, eindelijk weer trots kan zijn op een uniek en toekomstbestendig monument stond centraal, maar een overschrijding van de bouwkosten, onzekerheid over een aantal subsidies en een conflict over de kosten van de aanleg van extra, zwaardere electravoorzieningen.
De Dromhistorie in het kort
In december 2012 werd, na ruim drie jaar gesteggel, door de raad eindelijk een besluit genomen over de renovatie van de Drommedaris. De toenmalige VVD/D66 wethouder had de raad twee alternatieven voorgelegd: één voorstel waarbij de Drommedaris (uitsluitend) gerestaureerd zou worden en het achterstallig onderhoud weggewerkt zou worden en één voorstel waarbij bovendien ook de toegankelijkheid, de inrichting en de gebruiksmogelijkheden verbeterd zouden worden.
De wijze waarop de beide voorstellen tot stand waren gekomen leidde destijds al tot zware kritiek op de betrokken wethouder. Als hij niet kort daarvoor door zijn eigen partijen weggestuurd zou zijn geweest, had hij hoogstwaarschijnlijk een motie van wantrouwen aan zijn broek gehad.
Na lang wikken en wegen heeft de SP-fractie destijds besloten om voor het "uitgebreide" plan te stemmen, maar niet nadat het inmiddels beroemde (SP) "amendement Delleman" aangenomen was, waarin bepaald werd dat het beschikbare budget onder geen voorwaarde overschreden zou mogen worden. Eventuele tegenvallers bij de uitvoering van het bestek (de bouwplannen) zouden (dus) binnen de projectbegroting opgevangen moeten worden.
In ons verslag van de betreffende raadsvergadering, maar ook in een later gepubliceerde verantwoording, hebben wij al uitgebreid toegelicht hoe en waarom wij destijds tot die -moeilijke- keuze gekomen zijn. Een keuze waar we overigens nog steeds vierkant achter staan - zeker als we kijken naar de ontwikkelingen in de afgelopen tijd.
Nadat het project eenmaal in gang gezet was, bleek al snel dat de toenmalige VVD/D66 wethouder de raad op meerdere punten voor de gek gehouden had.
Zo ontstond er een discussie over een door de Bankgiroloterij toegekende subsidie van € 350.000,-. In het raadsvoorstel van de toenmalige wethouder staat de lezen dat die subsidie in de "gemeentepot" terecht zou komen, maar daar had het bestuur van Stichting Cultureel Centrum de Drommedaris ("de Stichting") hele andere ideeën over. Het leidde bijna tot een rechtszaak. Deze, maar ook andere discussies leidden uiteindelijk tot een "vaststellingsovereenkomst" tussen de gemeente en de Stichting, waarin nauwkeurig vastgelegd is wie voor wat verantwoordelijk was.
Ook bleek dat het bouwkundig onderzoek voorafgaande aan de verbouwing toch niet zo grondig uitgevoerd was als de toenmalig wethouder had beweerd. Zo bleek tijdens de renovatie dat het dak (de kap) in aanzienlijk slechtere staat verkeerde dan gedacht en moest ook de fundering aangepakt worden om verzakking van een deel van het gebouw te voorkomen. Al met al een extra kostenpost van € 335.000,-.
En net toen de Drom bijna opgeleverd zou worden kwam de Stichting eind 2014 met aanvullende eisen voor de electravoorzieningen. Hoewel dit niet met zoveel woorden werd gezegd, zijn deze aanvullende eisen naar onze mening een direct gevolg van de overeenkomsten die de Stichting met cateraar Tocat en Cinema Oostereiland afgesloten heeft. Deze nieuwe partijen hebben aanzienlijk zwaardere apparatuur nodig dan waar oorspronkelijk rekening mee gehouden was. Een eerdere verzwaring van de electra voorzieningen die, na goedgekeurd te zijn door de Stichting en hun adviseur, voor rekening van de gemeente was uitgevoerd bleek niet voldoende.
De gemeente stelde zich, terecht, op het standpunt dat deze extra voorzieningen geen onderdeel vormden van de afgesloten overeenkomsten en dat de kosten daarvan dus door de Stichting zelf betaald zouden moeten worden. De gemeente vroeg hiervoor in november 2014 een bankgarantie van de Stichting. Omdat die niet kwam, ging de bouw verder. Toen de aanleg achteraf alsnog moest gebeuren, vergde dat het nodige hak-, breek- en herstelwerk, waardoor de kosten voor de aanleg van deze extra voorzieningen op zouden lopen tot zo'n € 100.000,-.
De aannemer stond voor een dilemma: een gebouw opleveren waarmee de Stichting niet tevreden zou zijn óf de gevraagde voorzieningen aanleggen in de hoop dat de daarmee gemoeide kosten uiteindelijk vergoed zouden worden. Hij koos voor het laatste en nam daarmee een aanzienlijk risico. Omdat de aannemer zich gedurende het hele project zeer correct, welwillend en constructief heeft opgesteld, zegde de verantwoordelijk wethouder Olierook hem toe -helemaal in de lijn van het amendement Delleman- dit dilemma voor te zullen leggen aan de raad.
Terug naar het heden
Al tijdens de Commissievergadering op 28 april werd duidelijk, dat de coalitiepartijen van mening waren dat de kosten voor de extra (tweede) verzwaring van de electravoorzieningen niet voor rekening van de gemeente zouden mogen komen.
Het kan niet zo zijn dat, als de Stichting overeenkomsten met derden (cateraar, cinema) afsluit en vervolgens op het laatste moment ontdekt dat de electravoorzieningen niet toereikend zijn om alle -aanzienlijk- zwaardere apparatuur gelijktijdig te kunnen gebruiken, de gemeente voor de kosten opdraait.
Gezien alle eerdere negatieve ervaringen met de Stichting was de coalitie bovendien van mening dat de gemeente, in afwachting van een definitieve oplossing, ook geen garantie aan de aannemer mocht afgeven, zoals het college voorstelde.
Op initiatief van SP fractievoorzitter Margreet Keesman werd daarom door de coalitiepartijen een amendement ingediend om dit onderdeel van het raadsvoorstel te schrappen.
Enkele dagen voor de raadsvergadering ontvingen alle raadsleden een brief van de Stichting, waarin gesuggereerd werd dat de aannemer zijn offerte voor de aanleg van de extra electravoorzieningen opzettelijk opgeschroefd zou hebben om andere overschrijdingen in het project te verbloemen. De Stichting stelde dat de verzwaring van de electra niet meer dan ± € 15.000,- zou hoeven kosten en voegde als "bewijs" een email van de aannemer en een offerte van Ateco uit Wognum bij.
Het zijn ernstige beschuldigingen die de Stichting in deze brief van 6 mei aan het adres van de aannemer, projectleider en wethouder uitspreekt. Kort gezegd zouden zij de boel belazerd hebben.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat het college, in het bijzonder de verantwoordelijke SP-wethouder Marcel Olierook, zich geroepen voelde om op deze ongefundeerde aantijgingen te reageren.
Dat deed hij in een raadsbrief met aanvullende informatie (waarbij een reactie van de aannemer op de beschuldigingen van de Stichting) die op 11 mei aan de raad werd verzonden. Daarbij moet bedacht worden dat de Stichting haar brief uitsluitend aan de raadsleden, niet aan het College, gestuurd had en het College dus via via achter de exacte inhoud van deze brief moest komen.
Op 9 mei zond het college de oorspronkelijke offerte van de aannemer al ter informatie aan de raadsleden. Uit deze offerte blijkt klip en klaar dat de gevraagde aanpassingen voor het overgrote deel met horeca-apparatuur te maken hebben.
Aardig detail bij dit alles is dat onze fractieleden Margreet Keesman en Wim Stolk op 13 maart j.l. een gesprek met een vertegenwoordiging van het bestuur van de Stichting hadden. Tijdens dat gesprek schatte de secretaris van de Stichting de kosten voor de extra verzwaring van de electravoorzieningen in op een bedrag tussen de € 50.000, en € 100.000,-...
Intussen was ons ook een advertentie van "Drom-cateraar" Tocat onder ogen gekomen, die bij ons vragen opriep over het toekomstig gebruik van de Drom. De lage huurprijs die de Stichting voor de Drom betaalt (€15.000,- per jaar) is gebaseerd op gebruik als cultureel centrum met ondersteunende horeca, en niet op gebruik als puur commerciële locatie voor bruiloften, vergaderingen en partijen.
Dit, in combinatie met de discussie over de extra kosten voor electra-aansluitingen voor horeca-apparatuur, bracht de coalitie-partijen er toe een motie in te dienen waarin het college verzocht werd eens uit te zoeken welke afspraken er precies gemaakt zijn tussen de Stichting en deze externe partijen en of, als er inderdaad sprake was van puur commerciëel gebruik, dit geen consequenties zou moeten hebben voor de huur. Het voor commerciële doeleinden ter beschikking stellen van een gebouw met een gesubsidieerde huurprijs past niet in het beleid van dit college en zou bovendien andere horeca-ondernemers in Enkhuizen benadelen.
Samen met een tegenvaller in de bouwkosten en onzekerheid over enkele subsidies genoeg stof tot nadenken en, vooral, praten.
De oppositie -Lijst Quasten voorop- verweet het college -en in het bijzonder de verantwoordelijke SP wethouder Marcel Olierook- onder meer dat geen uitvoering gegeven was aan het eerder genoemde "amendement Delleman".
Dat is onzin. Het "amendement Delleman" is tot op de letter uitgevoerd. Ja, inderdaad: de totale bouwkosten zijn uiteindelijk € 153.000,- hoger uitgevallen dan begroot. Maar alle werkzaamheden die destijds in het bestek opgenomen waren, zijn toch echt binnen het daarvoor vastgestelde budget uitgevoerd, zoals in het amendement Delleman geëist werd:
"Aangezien voorstel 2 op alle mogelijke risico's is doorgerekend, zoals is meegedeeld op de extra informatieavond over de Drommedaris, willen wij de zekerheid dat de renovatie en verbouwing niet meer gaan kosten dan de in dit voorstel genoemde bedrag van € 2.512.000 en dat hiervoor de werkzaamheden worden uitgevoerd zoals in het bestek is aangegeven."
De -niet voorziene- hersteloperatie van het dak en de fundering (totale kosten € 335.000,-) waren geen onderdeel van dat bestek, net zo min als het risico van, bijvoorbeeld, een meteorietinslag.
Zelfs de kosten van deze hersteloperatie zijn, op € 153.000,- na, nog uit het beschikbare budget gedekt, waarbij op andere punten van het bestek versoberingen zijn doorgevoerd of op andere wijze bezuinigingen zijn gerealiseerd.
Ook de SP is beslist niet blij met deze extra kosten. Maar we realiseren ons ook, dat deze onverwachte kosten altijd opgetreden zouden zijn, óók als destijds voor de zogenaamd goedkopere variant van de renovatie gekozen zou zijn. Hoogstens zou je nog een discussie kunnen voeren over de vraag waarom deze kosten destijds niet waren voorzien (er was immers volgens de toenmalig VVD/D66 wethouder een minitieus bouwkundig onderzoek uitgevoerd?).
De overschrijding (€ 153.000) bedraagt 6% van de totale bouwkosten. Normaal gesproken zou dit nog binnen de post "onvoorzien" opgevangen kunnen worden, maar die post was destijds door de toenmalig VVD/D66 wethouder gehalveerd, omdat alle risico's immers tot in detail geïnventariseerd waren.
Uit alle stukken blijkt, dat het amendement Delleman alle betrokkenen scherp gehouden heeft: waar werkzaamheden duurder uit bleken te vallen dan begroot, werd op andere punten naarstig gezocht naar mogelijkheden om kosten te besparen of dingen te versoberen. Dat zou, zonder het amendement Delleman en zonder het tot op het laatste moment strak vasthouden aan dat amendement door de verantwoordelijke wethouder, wel eens heel anders hebben kunnen lopen.
Dat het college het amendement heel serieus neemt bleek nota bene nog uit het voorliggende raadsvoorstel: de extra en onvoorziene kosten voor de verzwaarde electravoorzieningen zijn niet klakkeloos door het college betaald, maar in de vorm van een voorstel ter besluitvorming aan de raad voorgelegd. Precies zoals het hoort.
Ook hier overigens weer een pikant detail: uit het verslag van een bouwoverleg van 20 november 2013 blijkt dat de aannemer in 2,5 maand 8x(!) tevergeefs verzocht heeft om een afspraak met de wethouder
"...om deze in te lichten over de huidige situatie over de bouw in verband met het uitblijven van een overeenkomst tussen de stichting en de gemeente, de veranderde opdracht en honorarium...".
De aannemer benadrukte daarbij, "... dat de verantwoordelijk wethouder niet voor verrassingen moet komen te staan."
Weet u nog wie destijds de verantwoordelijk wethouder was die blijkbaar niet thuis gaf? Inderdaad: PvdA wethouder Rian van Dam...
Een andere discussie ging over de vraag of de wethouder de raad wel tijdig over deze tegenvallers bij de kap en de fundering heeft geïnformeerd.
Deze tegenvallers worden voor het eerst genoemd in de najaarsnota 2013 die behandeld werd in de raadsvergadering van 3 december 2013. Toen werd er nog van uit gegaan, dat de extra bouwkosten binnen het budget opgevangen zouden kunnen worden (amendement Delleman!), maar werd al aandacht gevraagd voor de juridische en extra begeleidingskosten.
In de voorjaarsnota 2014, behandeld in de raadsvergadering van 3 juni 2014, valt te lezen:
Het project kan naar verwachting binnen het beschikbare budget worden gerealiseerd met dien
verstande dat door de tegenvallende bouwtechnische staat van de kap, het grondige onderzoek naar de fundering en de minder dan begrote bijdrage van de exploitant, de garantstelling die de raad beschikbaar heeft gesteld benodigd zal blijken.
Kortom: het moet voor iedereen duidelijk geweest zijn dat het krap en spannend zou worden. Dat het college pas eind 2014 een definitief "prijskaartje" aan het verhaal heeft kunnen hangen heeft er mee te maken dat toen pas duidelijk was hoe hoog en laag alle rekeningen uitvielen.
De oppositie bleef echter van mening dat het College geen uitvoering gegeven had aan het amendement Delleman en dat het College de Raad te laat en onvolledig had geïnformeerd.
Uiteindelijk kondigde Lijst Quasten aan het zwaarste middel in te zullen zetten dat de raad tot haar beschikking heeft en een motie van wantrouwen in te willen indienen. De vergadering werd daarop voor enige tijd geschorst.
Tijdens de schorsing hadden wij even tijd om van onze verbazing te bekomen. Niet alleen over de motie van wantrouwen zélf, maar vooral ook over het feit dat het initiatief hiertoe juist door Lijst Quasten genomen werd. Maar eigenlijk was dat wel logisch: drie van de oppositiepartijen (VVD, D66 en PvdA) hebben in dit dossier zoveel boter op hun hoofd dat ze zich onsterfelijk belachelijk gemaakt zouden hebben als zij zelf het initiatief tot zo'n motie genomen zouden hebben. Het lijkt er dus op dat Lijst Qasten zich gewoon voor het karretje van deze oppositiepartijen én het bestuur van de Stichting heeft laten spannen. Het applaus dat zij van de op de tribune aanwezige vertegenwoordigers van de Stichting kreeg toen zij haar motie van wantrouwen tegen wethouder Olierook aankondigde, was dus verdiend.
De inhoud van de motie was, zoals SP fractieleider Margreet Keesman het uitdrukte, "te bizar voor woorden".
Een paar algemene beschuldigingen (waarover precies is de raad dan te laat en onvolledig geïnformeerd?) en enkele onjuiste en niet onderbouwde constateringen ("de wethouder legt bij voorbaat de schuld neer bij het Stichtingbestuur.", "de wethouder heeft geen uitvoering gegeven aan het amendement Delleman.").
Misschien niet verwonderlijk als je bedenkt dat raadslid Quasten vlak voor het indienen van deze motie nog benadrukt had, dat zij de door de wethouder verstrekte informatie in reactie op de brief van het bestuur van de Stichting niet mee wilde nemen in haar besluitvorming (maar de brief van de Stichting wél).
Mooie boel: eerst zeggen dat je die informatie niet meeneemt en dan de wethouder verwijten dat hij je onvolledig informeert. En dan wordt in de motie zelf nog wel gesproken over "fair play"...
Het uiten van dit soort ongefundeerde beschuldigingen zonder man en paard te noemen ("U bent een dief, maar we zeggen niet wat u gestolen heeft") getuigt wat ons betreft niet van veel lef. Het degradeert het zwaarste machtsmiddel van de Raad tot het kwaliteitsniveau van tweedehands toiletpapier.
Dat zo'n middel ingezet wordt tegen een wethouder (Marcel Olierook) die door vriend en vijand juist gezien wordt als bijzonder open, eerlijk en transparant en die -net zo min als de rest van het college- nog nooit betrapt is op onjuiste of onvolledige informatie, maakte het allemaal een beetje extra zuur.
De VVD steunde de motie van wantrouwen naar eigen zeggen niet zozeer omdat er onjuiste informatie zou zijn verstrekt (maar dat staat wel in de motie), maar vooral vanwege "de manier waarop de wethouder omgaat met kritiek en opmerkingen vanuit de raad" en vanwege een "gevoel van onbehagen" (en dat staat niet in de motie).
D66 steunde de motie naar eigen zeggen omdat zij "de onfatsoenlijke manier van besturen van wethouder Olierook niet onbenoemd kan laten".
De PvdA was eigenlijk niet van plan om een motie van wantrouwen in te dienen maar besloot deze motie toch te steunen omdat zij "een constructieve houding" bij de wethouder miste.
Tsja...
Fractievoorzitter Margreet Keesman besloot dan ook verder geen woorden aan deze motie vuil te maken, maar vroeg wel een hoofdelijke stemming aan. Ook de andere coalitie-partijen konden weinig anders doen dan gelaten hun schouders ophalen over deze bizarre ontwikkeling.
Het ging nog bijna fout toen ons SP raadslid Fokko Snoek, verbouwereerd door zo'n laffe en knullige motie, bij de hoofdelijke stemming bijna "voor" in plaats van "tegen" stemde. Gelukkig kon hij zichzelf nog op tijd korrigeren. 't Zal je maar gebeuren...
Maar het meest bijzondere was misschien nog wel de blindelingse ondertekening van haar eigen motie door raadslid Quasten:
Valt u iets op? "Wishful thinking", zullen we maar zeggen...
De SP is dolblij dat de verbouwing van de Drom, ondanks de chaotische voorgeschiedenis en start, nu eindelijk tot een goed einde gekomen lijkt te zijn.
We hebben veel waardering voor de creativiteit waarmee dit college, ambtenaren en de aannemer zich tot het uiterste ingespannen hebben om binnen de begroting te blijven en we zijn er van overtuigd dat ons "amendement Delleman" daarbij tot op het laatste moment een cruciale rol heeft gespeeld.
De tegenvallers met het dak en de fundering vinden ook wij vervelend, maar die hadden op basis van alle beschikbare informatie niet voorzien kunnen worden en zouden ook opgetreden zijn als voor een andere oplossing gekozen was.
Wij waarderen "onze" wethouder Marcel Olierook voor het consequente beleid dat hij in dit dossier heeft gevoerd: afspraak is afspraak, op de centen letten en problemen op laten lossen door degene die ze veroorzaakt. We hopen en vertrouwen er op, dat hij ook voor het "electraprobleem" een oplossing zal vinden zodat de aannemer, die zich gedurende het hele project bijzonder correct gedragen heeft en een prachtig gebouw heeft opgeleverd, niet de dupe wordt van het zoveelste conflict tussen de Stichting en de gemeente.
Op één avond zijn er belangrijke stappen gezet in twee dossiers waarmee vorige coalities jarenlang geworsteld hebben. Uiteindelijk telt het resultaat, en de nare bijsmaak van een paar uur op de persoon gerichte oppositiepolitiek... ach, die verdwijnt wel weer.
- Zie ook:
- Drommedaris
- Fractie
Nieuws
Reageren?
Wilt u reageren op een bericht?
Graag! Wij horen graag uw mening en willen met iedereen de discussie aangaan.
Een paar spelregels:
- Alleen reacties die serieus ingaan op de inhoud van het bericht worden geplaatst. Aan "bagger" en "afzeikerij" doen we niet mee.
- Anonieme reacties worden niet geplaatst
- Wilt u reageren, maar niet in het openbaar? Gebruik dan onze contactpagina
Reacties
Lijst Quasten heeft zich door niemand voor het karretje laten spannen en zeer zeker niet door het Stichtingbestuur want ook daar hebben wij altijd een zeer kritische houding tegen gehad en dat is niet gewijzigd.
Lijst Quasten had helemaal niet gedacht en verwacht steun te krijgen voor de motie van welke partij dan ook op hooguit HEA na. Ik heb ze alleen ingelicht in de schorsing wat wij vooremens waren te doen. Daarop hebben zij en ongetwijfeld allemaal met eigen motieven tot deze mede gesteund.
Al had geen enkele fractie dit gedaan, dan nog hadden wij de motie ingediend.
En ach, de griffier heeft een foutje gemaakt en ik heb zonder leesbril op een krabbel gezet. Wishfull thinking? Laat me niet lachen.
Reactie toevoegen