West-Friesland

Tijdens de commissievergaderingen van 25 en 26 april heeft de SP weer veel inbreng gehad. Klik op "lees verder" om uit een deel van de nog niet goedgekeurde notulen te lezen, wát deze inbreng was.

Verslag GG 25 april 2006
6. Raadsvoorstel gemeentegaranties verhuizen (043).
Dhr. Visser vraagt de wethouder de overdracht naar het Waarborgfonds te motiveren. De CDA stelt voor het voorstel terug te trekken of anders aan te tonen dat het niet mogelijk is de garanties te handhaven. De risico’s voor de gemeente zijn bij het afgeven van garanties namelijk minimaal. Mevr. Kuijsten vraagt wat het saldo van het volkshuisvestingsfonds is en of daar wel € 36.000 aan onttrokken kan worden. Dhr. Wijchers gaat akkoord met het voorstel. Dhr. van Oostende vraagt zich af of Enkhuizen in de toekomst nog onrendabele toppen wil financieren. Bij het maken van een keuze voor het aanspreken van de financieringsbron (zie blz. 15) kiest de fractie PvdA voor optie 3 (de lopende exploitatie voor het gehele bedrag belasten), tenzij de cijfers over 2005 erg tegenvallen. Zodra er inzicht is in de toekomst van het volkshuisvestingsfonds, kan onderzocht worden hoe groot de storting zal zijn. Van alles reserves en voorzieningen zou een minimum- en maximumstand vastgesteld moeten worden. Dhr. Boland heeft in de fractie VVD/D66 de keuze voor het aanspreken van een financieringsbron nog niet besproken. Hij vraagt nadere uitleg over de disagio vergoeding, aangezien dit bedrag in de loop der tijd niet verandert, wat logischerwijs wél het geval zou moeten zijn. Daarnaast vraagt hij zich af waarom in 2004 nog garanties zijn afgegeven, terwijl in 2001 afgesproken is dat dit geen zaak van de gemeente is. Wie is hiervoor verantwoordelijk en hoe kan gewaarborgd worden dat dit in de toekomst niet meer gebeurt? Dhr. Bokhove vult aan dat ook in 1999 al besloten is dat de gemeente terughoudend zou zijn met het verstrekken van garanties. Op blz. 13, 3e alinea, laatste zin, staat dat de door de gemeente verlangde terughoudendheid kan worden heroverwogen. Wat betreft de SP moet die terughoudendheid beter worden betracht en niet worden heroverwogen. Wat betreft de financieringsbron sluit de SP aan bij de PvdA. Dhr. v.d. Pluijm heeft aan bovenstaande niets toe te voegen.
Dhr. Franx meldt dat er twee maal € 36.000 gestort is: één keer in de algemene middelen en één keer in het woonlastenfonds. Het terugdraaien zou op dezelfde wijze moeten gebeuren, ongeacht de minimumstand van de reserves/voorzieningen. De maximumstand van reserves/voorzieningen bedraagt € 1 miljoen. Er moeten nog afspraken gemaakt worden over het woonlastenfonds (er ligt nog geen programma onder over wat er opgesoupeerd kan worden). Er kunnen geen bedragen meer ten laste van 2005 gebracht worden, aangezien dat jaar afgesloten is. Ook is het niet reëel het ten laste van de voorjaarsnota te laten komen. Een beter voorstel zijn zou om dit onderwerp te bespreken in de commissie en daarna uit te werken in de begroting van 2007. De gemeente wil met het afschaffen van garantieverstrekking elk risico uitsluiten.
Het voorstel gaat als bespreekstuk door naar de raad.

7. Raadsvoorstel uitwerking vernieuwing parkeersysteem (041)
Dhr. van Wegen vraagt om de randvoorwaarden en het plan van aanpak, waarover in mei besluitvorming plaatsvindt, te bespreken in de commissie van juni (en niet pas in augustus). Dhr. Bokhove is van mening dat het nuttiger is om faciliteiten te bieden om een interne aanpak mogelijk te maken en geen gebruik te maken van een extern bureau. Dhr. van Keulen gaat niet akkoord met het verstrekken van een krediet en zal dit tijdens de raadsvergadering toelichten. Dhr. Fijma gaat wel akkoord met het verstrekken van een krediet. Hij tekent hierbij aan dat de handhaving betrokken moet worden bij het onderzoek. Dhr. v.d. Wal vraagt zich af of € 50.000 voldoende is om een plan te maken dat uitvoeringsgereed is en sluit zich verder aan bij de fractie PvdA. Hoeveel voorstellen kan de raad in augustus verwachten? De walkantenproblematiek kan hierbij nog van invloed zijn. Mevr. Kuijsten is van mening dat ook besluiten genomen moeten worden over parkeerlocaties, een autoluwe binnenstad en betaald parkeren. Deze punten moeten in de notitie meegenomen worden. Worden de ondernemers betrokken bij de projectgroep? Dhr. Visser meldt dat de CDA de noodzaak van betaald parkeren niet ziet en stemt daarom niet in met verstrekking van het krediet. Indien toch een krediet verstrekt wordt, dan zou dit geactiveerd moeten worden.

Dhr. Franx geeft aan dat er geen deskundige ambtenaren zijn die dit zeer specialistische werk uit kunnen voeren. Dit is het gevolg van de keuze voor een kleiner apparaat. Er wordt minimaal gebruik gemaakt van externen, maar soms is er niet aan te ontkomen. Bij het maken van het verkeersplan worden parkeerlocaties aangewezen. De samenstelling van de werkgroep zal wisselen per onderwerp. In de klankbordgroep zijn ondernemers aanwezig. Er moet nog onderzocht worden of de walkanten bij dit onderwerp meegenomen kunnen worden. Bestuurlijke boetes kunnen als instrument dienen om de leefbaarheid in de stad terug te brengen. De kosten van handhaving kunnen daarmee zoveel mogelijk gedekt worden. Het laatste nieuws is echter dat minister Donner de bestuurlijke boetes wil doorschuiven tot ná de verkiezingen. Het stappenplan is slechts een indicatie. Na besluitvorming in mei zal de gemeente met adviesbureaus gaan praten. Daarbij zal gevraagd worden of de bureaus expertise hebben wat betreft handhaving en er zal aangegeven worden dat de gemeente streeft naar een integrale aanpak (parkeren én handhaving). Uitgangspunt is dat er voor maximaal € 50.000 een compleet plan neergelegd wordt. Indien de kosten meer dan € 50.000 zullen bedragen, wordt er naar de raad teruggekoppeld vóórdat de opdracht verstrekt wordt. Naar verwachting is terugkoppeling naar de commissie in juni te vroeg. Gezien de vakantieperiode is augustus reëler.
Het voorstel gaat als bespreekstuk door naar de raad

8. Raadsvoorstel havenverordening Enkhuizen 2006
Dhr. Stolk merkt op dat er verschillende versies in omloop zijn (de versie van 4 april blijkt de laatste te zijn en niet die van 11 april). De fractie SP mist een visie op de haven en het gebruik daarvan. De havenatlas zou bij voorkeur tegelijk met deze verordening behandeld moeten worden, aangezien ze van invloed zijn op elkaar. Hoe verhoudt deze verordening tot de eventuele toekomstige verzelfstandiging van de haven? Is een vergunning gebonden aan schip en persoon? Wat wordt er geregeld voor passanten die langer dan 7 dagen willen liggen? In hoeverre is er gekeken naar verordeningen van andere gemeenten? Op welke wijze is de inspraak geregeld? Is het advies van de HAG gezien als inspraak? Concluderend ligt er een goed concept, maar het is nog niet volledig.
Dhr. Franx meldt dat de verordening aangepast is na opmerkingen van een aantal raadsleden. De aanwezigen beschikken niet allen over de laatste versie. De wijzigingen die in de laatste versie zijn doorgevoerd, zijn genoteerd in het stuk ‘Ondergeschikte aanpassingen Havenverordening’, dat wordt uitgedeeld tijdens de vergadering. De voorzitter last op dat moment een leespauze in.
Dhr. Franx geeft aan dat de verordening uit 1999 aangepast is (er is dus geen totaal nieuw document gemaakt). Daartoe is meerdere malen overlegd met onder andere raadsleden en HAG. De concept verordening is besproken in de HAG, die het stuk gedetailleerd besproken heeft. Indien gewenst kan nog overleg plaatsvinden tussen commissie en HAG. Het concept is opgesteld door een jurist en daarmee juridisch dichtgetimmerd. Aangezien er meer dan 20 dossiers zijn over problemen in en rond de haven, is een verordening nodig. De havenatlas (de juridische vertaling van bestaand beleid) is een collegeaangelegenheid. Uiteraard kan dit wel met de commissieleden besproken worden, zeker als het gaat om nieuw beleid. Nieuw beleid zal ook in de HAG besproken worden en er geldt een inspraakrecht. De havenatlas wordt in juni in concept verwacht en wordt niet gecombineerd met de havenverordening. De reden hiervan is dat er gewerkt wordt aan verordening, atlas én bestemmingsplannen. Deze zaken moeten niet op elkaar wachten, maar zullen aansluitend behandeld worden. Bovendien zijn er twee wethouders bij betrokken. Daarom is gekozen voor een knip. Er zal goede voorlichting aan gebruikers komen. Het moet mogelijk zijn om middels een welstandsbeleid te sturen in het havenbeeld dat men voor ogen heeft. Dhr. Franx is bereid om met de LWO te spreken over aanpassingen van de tekst van de verordening. De verordening heeft geen consequenties voor een mogelijke verzelfstandiging van de havens. Dhr. Franx heeft diverse malen met mensen op de wachtlijst gesproken. Het voorstel is op de wachtlijst op te schonen en een wachtlijst van vijf personen over te houden. Deze mensen krijgen een plaats, zodra een schip de huidige ligplaats verlaat. De doorstroomsnelheid is echter heel laag, dus garanties kunnen niet gegeven worden. Een wachtlijst zonder perspectief is in principe zinloos. Dit onderwerp zal verder in de raad besproken worden. De havens zijn van groot belang voor Enkhuizen en belanghebbenden kunnen bij problemen altijd aankloppen. Met het aanpassen van de wintertarieven is geprobeerd Enkhuizen aantrekkelijker te maken voor gebruikers. Er vindt voldoende overleg plaats door middel van diverse overlegsituaties waaraan gebruikers deelnemen. Met de HAG zal overlegd worden over de adviserende rol van de HAG. Uitstel van behandeling van de verordening is niet zinvol. De HAG is een belangrijk adviesorgaan, maar adviseert niet op persoonlijke titel. Tijdens de laatste vergadering bleek een meerderheid van de HAG leden het eens te zijn over de verordening. Toekomstige veranderingen van de verordening zullen in de commissie/raad besproken worden.
Het voorstel wordt als bespreekstuk doorgeleid naar de raad.

9. Raadsvoorstel project woonzorgcomplex annex gezondheidscentrum aan de Meeuwenlaan (036)
Dhr. Bokhove vraagt of het WoZoCo vertraging heeft opgelopen, mede door het feit dat er onnodig een aanvraag is ingediend bij Gedeputeerde Staten. Dhr. Franx speelt deze vraag door naar dhr. Bode.
Het voorstel gaat als hamerstuk naar de raad.

10. Rondvraag
Dhr. Bokhove vraagt naar de stand van zaken van de verbreding van de Westfrisiaweg (is de intentieverklaring al ondertekend?) De voorzitter antwoordt dat dit onderwerp wordt behandeld in de raad van juni. Het ambtelijke advies gaat volgende week naar het college en wordt besproken in de commissie van mei.
Dhr. Bokhove vraagt of de concurrentiepositie van Albert Heijn aangetast was, aangezien deze zondag geopend was.

Verslag BOFS 26 april 2006 bijdrage SP
5. Beleidsplan politie
Mevr. Quasten vraagt of één wijkcoördinator voldoende is. De bekendheid van de coördinator zou vergroot moeten worden. Wat houdt het adopteren van veelplegers in? Hoe wordt justitiële nazorg geregeld? Op welke wijze vindt controle op het actief aanbieden van drugs plaats? Wat is de prioriteitstelling bij de aanpak van diverse problemen? Is het mogelijk ook prioriteit te geven aan de veiligheid op school? Kan er vaker dan vier maal gecontroleerd worden in de coffeeshop, zeker in de beginfase? Wat houdt het Gele Kaarten project in? Wat bedoelt men met alternatieve jeugdontmoetingsplekken? Kan er intensievere handhaving plaatsvinden in de vorm van watersurveillances? Wordt er overlegd tussen wijkraad en politie? Het ‘presteren’op het gebied van (verkeers) boetes zou meer losgelaten moeten worden.
Dhr. Bark antwoordt dat één coördinator (dhr. Louter) voldoende moet zijn: hij kan immers meerdere zaken tegelijk coördineren. Naast de coördinator zijn er contactpersonen per wijk. Adopteren van veelplegers houdt in dat zij ‘rechtmatig gestalkt’ worden: hun signalementen worden bijgehouden en er vindt regelmatig contact plaats. In Enkhuizen is sprake van één veelpleger. Controle op het aanbieden van drugs gebeurt n.a.v. klachten in de zomer van 2005, zowel op basis van tips als uit eigen initiatief. De coffeeshop wordt minimaal vier keer per jaar gecontroleerd op voorraad en leeftijd van de bezoekers. Met de RSG is een convenant gesloten. Het meten van de veiligheid is geen taak van de politie maar van de school. De prestaties moeten gehaald worden. Op dit moment komt het neer op 3-4 bekeuringen die per week per persoon uitgeschreven zouden moeten worden. De vaarsurveillance vindt minimaal 6 keer per jaar plaats. De middelen daartoe zijn beperkt (er is maar één boot.
Dhr. Louter vult aan dat politie De Koggen met een aantal wijkcoördinatoren gesproken heeft over hangjongeren. Het Gele Kaarten project houdt in dat er eerst een nulmeting is, bij een eerste overtreding volgt een gele kaart en bij een tweede overtreding een rode kaart én een bekeuring. Dhr. De Vries meldt dat de justitiële nazorg zich vooral richt op huisvesting. Verdere details worden nog uitgezocht. Het aantal meldingen huiselijk geweld was verhoogd na een campagne twee jaar geleden en neemt nu weer af.
Dhr. Baas erkent dat het stuk wat laat verschenen is. De prestatieafspraken van minister Remkes hebben tot vertraging geleid. De gemeente is gehouden aan vormvoorschriften bij het opstellen van het jaarplan. Daarbij moet gezocht worden naar een balans tussen wat landelijk gezien moet en wat lokaal gezien wenselijk is. In het jaarplan is een aantal specifieke Enkhuizer problemen benoemd, zoals auto-inbraken, hangjongeren en drugs. Dhr. Baas is geen voorstander van ruimere openingstijden van het politiebureau. Deze capaciteit kan beter op straat gebruikt worden.

6. Vestiging coffeeshop
Dhr. Reus woont op de Noorderhavendijk en spreekt mede namens zijn buurtgenoten. Een coffeeshop op Verlaat 3-5 zal leiden tot extra verkeersbewegingen, er zal cannabis op straat gebruikt worden (buiten zicht van de portier), jongeren zullen ook buiten sluitingstijd in de buurt blijven hangen, de koppeling van drank en drugs zal tot problemen leiden en de jeugd die in de buurt woont of sport zal geconfronteerd worden met de coffeeshop. De locatie ligt bovendien vlakbij het jongerencentrum aan de Peperstraat. Het percentage werkzame bestanddelen in weed is in de loop der tijd toegenomen, wat ook geldt voor het beroep dat in verband met drugsgebruik op de hulpverlening wordt gedaan. De gewenste open uitstraling van de coffeeshop zal leiden tot een lagere drempel voor (toekomstige) gebruikers. Omwonenden hebben nu al overlast van de horeca. Dit probleem wordt vergroot door de komst van de coffeeshop, die andere openingstijden dan de horeca heeft. De exploitant is zelf verantwoordelijk voor alle aan de coffeeshop gerelateerde overlast. Het is echter heel moeilijk te bepalen welke overlast aan de shop gerelateerd is. Tijdens de infoavond is meegedeeld dat er geen extra politie inzet komt. De nota die in 2005 is aangenomen, wordt met dit besluit grotendeels terzijde geschoven. Dhr. Reus concludeert dat met deze locatie voor de makkelijkste oplossing gekozen is, waarbij voorbij gegaan wordt aan overlast van omwonenden en de bezorgdheid van ouders.
Dhr. Baas geeft aan dat hij een beslissing genomen heeft die hij niet zal terugdraaien, tenzij hij nieuwe argumenten hoort die hem anders doen besluiten. De raad heeft vóór zijn komst gekozen voor een beleid met één coffeeshop en hij heeft daaraan als burgemeester gevolg gegeven. De raad heeft criteria opgesteld voor de nieuwe coffeeshop. Er is een commissie ingesteld met een externe adviseur, die de criteria van 9 aanvragers heeft getoetst. De twee overgebleven gegadigden zijn uitvoerig getoetst, waarna één mogelijke kandidaat overbleef, die echter maar één geschikte locatie naar voren bracht. Aangezien op dat moment geen sprake van een keuze was wat betreft een locatie, is niet overlegd met de commissie/raad. Als besloten was om geen coffeeshop te vestigen op het Verlaat, dan is het theoretisch mogelijk dat zich daar andere horeca vestigt, die ook de nodige overlast met zich zal meebrengen. De illegale coffeeshop in de Westerstraat kon niet gesloten worden op grond van overlast, maar alleen omdat het in strijd was met het bestemmingsplan (het pand heeft een woonbestemming). Er was dus geen sprake van ‘gedogen’. De nieuwe coffeeshop is niet te vergelijken met de oude; de nieuwe shop zal aan meer eisen moeten voldoen.
Dhr. v.d. Pluijm begrijpt de onrust is de buurt, maar voegt daar aan toe dat de shop gesloten zal worden zodra er sprake is van overlast. De fractie VL/GL stemt in met het voorstel. Mevr. Quasten gaat niet mee met het voorstel en vraagt om heroverweging van het besluit, omdat niet aan de criteria van de raad voldaan is. Mevr. de Munnik vraagt zich af wat het nut van de raad is, als er geen gevolg gegeven wordt aan de criteria (vooral over de vestigingseisen) die door de raad zijn opgesteld en er besluiten genomen worden zonder terugkoppeling naar de raad. De raad wilde geen coffeeshop nabij bestaande horeca, omdat men de mensen die in het horecagebied wonen niet nóg meer wil belasten. Uitbaters kunnen de problemen niet voorkomen of oplossen. Mevr. Quasten en dhr. Weijens sluiten zich hierbij aan. Dhr. Kooiman is van mening dat de gang van zaken geen schoonheidsprijs verdient. Punten van aandacht zijn de nabijheid van het jongerencentrum en het feit dat de openingstijden van de shop in toekomst mogelijk wijzigen. Dhr. Fijma vraagt zich af of het Verlaat de best mogelijke locatie is. In hoeverre is er gezocht naar alternatieven? Een pand zonder horecabestemming hoeft niet bij voorbaat uitgesloten te worden. Ook dhr. Fijma ging ervan uit dat de locatie nog afgestemd zou worden met de raad en dat de shop niet in een horecagebied zou komen. Verder betreurt hij het dat de omwonenden niet vóóraf geïnformeerd zijn. De PvdA pleit voor een nul-tolerantie beleid: bij problemen zal de shop direct gesloten moeten worden. Dhr. Wijchers sluit aan bij de PvdA en vraagt zich af wat er gebeurt als de rechter negatief beslist (dus als de vergunning niet verstrekt wordt). Dhr. Fijma vervolgt dat het intrekken van de vergunning geen oplossing is. Het lijkt vruchtbaarder om terug te vallen op een goede handhaving (bijvoorbeeld een blowverbod of verblijfsontzeggingen). Daarnaast moet de optie van een andere locatie op de langere termijn niet uitgesloten worden. Dhr. Kooiman sluit zich hierbij aan.
Dhr. Baas geeft aan dat de politie minimaal vier keer per jaar zal controleren. Op voorhand is niet te zeggen hoeveel handhaving nodig is. Het aantal benodigde uren wordt ingezet. Dat aantal zal beperkt zijn, aangezien er bij overlast gesloten wordt. Landelijk is onderzocht en gebleken dat het ‘hoppen’ van horeca naar coffeeshop onwenselijk is. Het is echter lastig om in Enkhuizen een geschikte locatie te vinden buiten een horecagebied. In dat opzicht heeft men dus water bij de wijn moeten doen. Buiten dat zal er altijd protest komen van omwonenden, voor welke locatie men ook kiest. Aangezien de discotheken pas om 23.00 uur open gaan, zal er weinig confrontatie tussen bezoekers van discotheek en coffeeshop zijn. Er is gekozen voor een pand met een horecabestemming, omdat een coffeeshop die bestemming moet hebben. Het wijzigen van een bestemming kost erg veel tijd. Enkhuizen wil bovendien geen uitbreiding van het aantal horecavestigingen. Het aantal meters horecabestemming dat er bij zal komen, zijn al geclaimd door de viswinkels. Er is wel gekeken naar een andere locatie, maar die is niet gevonden. Dhr. Baas daagt allen uit om met een goede alternatieve locatie te komen. De ondernemers zullen er, gezien de hoeveelheid tijd en geld die zij erin gestoken hebben, voor waken om overlast te veroorzaken, aangezien anders de shop gesloten moet worden. Omwonenden kunnen zich bij overlast in eerste instantie wenden tot de ondernemers zélf en anders bij de afdeling openbare orde van de gemeente. Bij dit onderwerp is geen inspraak mogelijk en die suggestie heeft men ook niet willen wekken door informatie vóóraf te geven. Indien er na een juridische procedure blijkt dat hij ongelijk heeft met het verstrekken van de vergunning, dan moet deze herzien of ingetrokken worden. De ondernemers zijn hiervan op de hoogte. Naar verwachting zal het echter niet zo ver komen.

11. Rondvraag
Dhr. Stomp vraagt naar de stand van zaken St. Breedband. Is het mogelijk een opbouwwerker aan te trekken? Wanneer wordt er een besluit genomen over de toekomst van St. Breedband?
Dhr. Baas antwoordt dat er binnen vier weken een besluit genomen wordt op het bezwaar van St. Breedband. Daaruit blijkt wat het nieuwe college wil met de toekomst van St. Breedband. Dit onderwerp leende zich niet om in een demissionaire periode te bespreken, vandaar dat het onderwerp even ‘in de ijskast’ heeft gestaan.

-Typisch dat de bijdrage van de SP in de rondvraag niet genotuleerd is,in eerste instantie wilde de voorzitter de SP geen vraag laten stellen en maakte de opmerking dat dit eigenlijk een agendapunt hoorde te zijn. De SP had dat ook liever gezien, maar feit is dat de VVD/D66 en SP gezamenlijk dit punt voor de agenda wilde met daarbij de aanwezigheid van de wethouder. Deze was helaas niet aanwezig en door onhandige communicatie is uiteindelijk besloten dat het geen agendapunt zou zijn maar iets voor de rondvraag. Daarbij komt dat in de eerste raadsvergadering de SP mondeling vragen had gesteld over Breedband en dat toen de reactie was dat dit in de commissie thuishoorde. De SP vindt het onbegrijpelijk dat er nog steeds geen duidelijkheid is en dat daar nu nog op gewacht moet worden, ondanks dat er 4 uitspraken liggen.
Het Vrom, de rechter, de commissie Bezwaar en Beroep en de raadscommissie. Demissionair is tot daar aan toe, maar het college is van dezelfde samenstelling met toevoeging van 1 wethouder die allen volledig op de hoogte zijn van dit dossier.